KBC maakt nieuwe kapitaalvereisten ECB bekend

Kapitaal KBC blijft ruim boven de minimumvereisten

De Europese Centrale Bank (ECB) heeft KBC op de hoogte gesteld van haar nieuwe minimumkapitaalvereisten. De fully loaded totale CET1-kapitaalvereiste voor KBC Groep (volgens de Deense compromismethode) stijgt van 10,45% (eind 2020) naar 10,81%, geheel als gevolg van de hogere anticyclische buffers in enkele kernlanden van KBC en een kleine pijler 2-toeslag met betrekking tot de NPL-backstop.

Op het einde van het vierde kwartaal van 2021 bedroeg de fully loaded CET1-ratio van de KBC-groep 15,5%[1], ruim boven de nieuwe CET1-kapitaalvereiste.

Na het Supervisory Review and Evaluation Process (SREP) voor 2021 stelde de ECB KBC formeel in kennis van haar beslissing om

  • de pijler 2-vereiste (P2R) te verhogen van 1,75% naar 1,86%
  • de pijler 2-aanbeveling (P2G) te behouden op 1,0% CET1

[1] Na de voorgestelde dividenduitkering

De verhoging van de P2R met 11 basispunten heeft te maken met de verwachting van de ECB met betrekking tot de minimumvoorzieningen voor non-performing kredieten waarvan de debiteuren voor 01-04-2018 in gebreke zijn gebleven (de zogenaamde "NPL backstop" of "calendar provisioning")[1]. KBC heeft besloten om voor die leningen geen aftrek toe te passen in CET1 boven op de IFRS-voorzieningen. Daarom heeft de ECB de P2R met 11 basispunten verhoogd.

De kapitaalvereiste voor de KBC-groep wordt niet alleen bepaald door de ECB, maar ook door de beslissingen van de diverse lokale bevoegde autoriteiten in de kernmarkten van KBC. Een aantal autoriteiten heeft besloten de anticyclische kapitaalbuffers als volgt te wijzigen:

  • een verhoging van de anticyclische kapitaalbuffer in Tsjechië van 0,50% naar 1,00% vanaf 1 juli 2022 en naar 1,50% vanaf 1 oktober 2022 en naar 2,00% vanaf 1 januari 2023;
  • een verhoging van de anticyclische kapitaalbuffer in Bulgarije van 0,50% naar 1,00% vanaf 1 oktober 2022;

Dat komt overeen met een aanvullende fully loaded CET1-kapitaalvereiste van 0,45% op KBC-groepsniveau (tegenover 0,20% eind 2020), rekening houdend met alle aangekondigde beslissingen over toekomstige wijzigingen.

De kapitaalbuffers voor Belgische systeembanken bleven ongewijzigd. Voor KBC ligt de vereiste kapitaalbuffer voor andere systeemrelevante instellingen (other systemically important institutions, O-SII) op 1,5%, zoals bevestigd door de Nationale Bank van België, terwijl de kapitaalinstandhoudingsbuffer 2,5% bedraagt. Die buffers komen boven op de minimale CET1-kapitaalvereiste van 4,5% onder pijler 1.

In totaal brengt dat voor de KBC-groep de fully loaded CET1-kapitaalvereiste (volgens de Deense compromismethode) op 10,81%, met een bijkomende P2G van 1% CET1. KBC overtreft ruim die vereiste: op het einde van het vierde kwartaal van 2021 bedroeg de fully loaded CET1-ratio 15,5%1.

Opmerking: de fully loaded CET1-vereiste (volgens de Deense compromismethode) zou 10% bedragen in plaats van 10,81% wanneer de P2R-verdeling overeenkomstig artikel 104a van de CRDV zou worden toegepast. KBC is momenteel echter niet van plan om daarvoor instrumenten uit te geven.

Johan Thijs, CEO KBC Groep verklaart: "De beslissing van de ECB bevestigt dat KBC een gemiddeld-laag risicoprofiel heeft en bestand is tegen ongunstige economische omstandigheden. Onze kapitaalpositie is heel stevig. Dat is een geruststellend signaal naar alle stakeholders die ons hun vertrouwen schenken.

Wij streven ernaar tot de beter gekapitaliseerde financiële instellingen in Europa te behoren. Het dividendbeleid van KBC Groep is daar dan ook op afgestemd. De Raad van Bestuur zal naar goeddunken elk jaar beslissen over het totale dividend op basis van de beoordeling van de risico's, de verwachte toekomstige rentabiliteit en de strategische kansen. Met de bekendmaking van de resultaten voor het volledige jaar 2021 heeft de Raad van Bestuur voorgesteld om een finaal brutodividend van 7,6 euro per aandeel uit te keren, wat het totale brutodividend op 10,6 euro per aandeel brengt. Dat zal leiden tot een fully loaded CET1-ratio (na de voorgestelde kapitaaluitkering) van 15,5%, in overeenstemming met ons aangekondigde kapitaalaanwendingsplan voor het volledige jaar 2021. Vanaf het volledige jaar 2022 zal de uitkeringsratio van ten minste 50% van de geconsolideerde winst behouden blijven en zal de Raad van Bestuur, elk jaar bij de bekendmaking van de volledige jaarresultaten vrij beslissen over de uitkering van het kapitaal boven 15,0% fully loaded CET1-ratio, het zogenaamde surpluskapitaal. 

We zullen ons ook blijven concentreren op onze sterke fundamenten: een dynamisch, klantgericht, datagedreven en oplossingsgericht digital-first bankverzekeringsmodel, een gezond risicoprofiel, een stevige liquiditeitspositie en een comfortabele solvabiliteit, ondersteund door een erg solide en loyale klantendepositobasis in onze kernmarkten. We zullen daarbij gefocust blijven op duurzame en rendabele groei, waardoor we onze rol in de samenleving en de lokale economie ten behoeve van alle stakeholders zullen kunnen blijven vervullen en onze positie bij de best presterende en meest vertrouwde financiële instellingen in Europa handhaven.”

 

Meer details over de samenstelling van de nieuwe kapitaalvereisten vindt u in de tabel die bij dit persbericht is gevoegd en op www.kbc.com.

 

[1] Het effect houdt rekening met de overeenkomst tussen KBC Ireland en CarVal Investors over de verkoop van non-performing kredieten.

Contacteer ons
Viviane Huybrecht General Manager KBC Corporate Communication / Spokesperson
Viviane Huybrecht General Manager KBC Corporate Communication / Spokesperson
Over KBC Group

Bij twijfel of discussie over de inhoud van deze persberichten geldt de versie gepubliceerd op www.kbc.com/nl/persberichten als enige referentietekst.

KBC Group
Havenlaan 2
B - 1080 Brussels
Belgium